“Ze waren zwaar onder de indruk van ons onderwijs”

Hoog bezoek afgelopen week! Er kwam een 7-koppige delegatie van de prestigieuze Franse topsportorganisaties INSEP en Creps langs, vergezeld door de vertegenwoordiger van het Franse Ministerie van Onderwijs. Hun tour door Nederland begon maandag bij ons op het Tabor College. Onze locaties d’Ampte, Oscar Romero en Werenfridus hebben alle drie de licentie Topsport Talentschool en daar wilden de Fransen álles over weten.

Aangepast onderwijs voor topsporters

De Franse topsportdelegatie kwam naar Nederland om kennis te maken met het flexibele en goed georganiseerde onderwijs dat het Tabor College haar topsportleerlingen biedt. Door aanpassingen op het vlak van organisatie, begeleiding en onderwijs worden leerlingen met een officiële NOC*NSF/KNVB status duaal opgeleid. Dat houdt in dat zij naast het Topsport Talentprogramma hun ‘normale’ school kunnen doen, op het niveau dat bij ze past. Op dit moment zitten er 42 leerlingen met een topsportstatus op het Tabor College.

Op bezoek bij alle Tabor locaties

Het bezoek startte maandag op Oscar Romero met een warm welkomstwoord door Sense de Groot, voorzitter College van Bestuur van het Tabor College. Vervolgens was het aan Tom de Groen om het landschap van ‘Sportkoepel Nederland’ te schetsen. Tom is landelijk topsport talent coördinator vanuit Expertisecentrum VO & Topsport (EVOT), wat voorheen Stichting LOOT heette, en wordt gedetacheerd vanuit het Tabor College. Topsportcoördinatoren Mark Jeninga (Tabor College) en Gaby Kessen (Oscar Romero) gaven die ochtend een presentatie over hoe de begeleiding eruit ziet in de praktijk en de docenten Frans en Engels verzorgden een levendige presentatie over maatwerk onderwijs.

Op Werenfridus maakte het Franse bezoek kennis met zes topsportleerlingen. Al wandelend door de gangen van de school werden alle vragen van de delegatieleden beantwoord. Henk Jan Blom, topsportcoördinator van Werenfridus, kijkt tevreden terug op de ontvangst door zijn leerlingen. Later die middag werd d’Ampte bezocht, waar topsportcoördinator Eva Foppes klaarstond met schaatstalent Jelle. De Franse delegatie was onder de indruk van de toelichting van Jelle over de manier waarop hij de verplichte praktijkuren en stages volgens de wet kan invullen, naast zijn topsportcarrière.

Papendal en Thialf

Dinsdag werd de Franse topsportdelegatie op Papendal ontvangen, waarna zij Topsport Talentschool het Beekdal Lyceum - ‘t Venster hebben bezocht. Deze middelbare school telt 200 topsportleerlingen en 30 TeamNL leerlingen, die laatste groep doet een fulltime trainingsprogramma op Papendal. De Groen: “Er was een kennismaking met assistent handbalbondscoach Ricardo Clarijs en de handbalsters van Oranje < 17, waarna de Fransen meegenomen werden in de lessen op het Beekdal Lyceum. Hier kregen zij uitleg over hoe de school nog minimaal 20 lessen per week kan verzorgen aan de TeamNL talenten.” Het middagprogramma bestond uit presentaties van TeamNL@work en uitleg over de NHV-visie door Ricardo Clarijs. De dag werd afgesloten met een flitsende handbaltraining en een gezamenlijke maaltijd met de handbalsters en hun gepassioneerde coach.

Woensdag was de derde en laatste dag van het bezoek. De Groen: “We hebben in het Heerenveense Thialf onze toppers in kunstrijdsters, shorttrackers en langebaan schaatsers zien trainen. Vervolgens werd het TAlentencollege NOORD bezocht. Op die school hebben de absolute talenten geen lessentabel, het onderwijs is geheel individueel ingericht. Een docent is op oproepbasis aanwezig, zodat het onderwijs volledig afgestemd kan worden op het trainings- en wedstrijdschema van de topsportleerlingen.”

Groot compliment

Of het bezoek geslaagd was? De Groen: “De Franse delegatie was zwaar onder de indruk van ons onderwijs in Nederland. “We maken echt het verschil!”. Dat is een extra groot compliment als je je bedenkt dat INSEP en Creps prestigieuze opleidingsinstituten zijn waar de pijlen gericht zijn op de hoogste niveaus, zoals de Olympische Spelen en WK’s. Het waren drie intensieve dagen, maar ik ben heel blij dat we dit hebben kunnen doen voor de Franse schoolgaande topsporttalenten.”